Schrijven is voor mij …
De eerste dag op de lagere school was een walhalla voor me. Schriftjes, potloden, een schoolbankje met een uitsparing voor een kroontjespen én een ingebouwde inktpot. Vloeipapier, inktlap het kon niet op. Ik ging leren schrijven!
Als de dag van gisteren herinner ik me dat de juf langs kwam om de schrijfschriftjes uit te delen. Dat mooie grijsgroene stapeltje in haar hand. Ze las de naam van het bovenste schrift op en liep de rijen door naar de desbetreffende leerling en legde het schriftje behoedzaam neer. Zo voelde het voor mij. Als je je best had gedaan werd er een stempel op het werkblad gezet. Een muisje met Goed Zo! Een haasje met Geweldig!
In een hogere klas kregen we zelfs een letterdoos. Je klapte het deksel open en daar lagen alle letters van het alfabet. En dat was niet alles. Op de binnenkant van het deksel kon je de letters neerleggen op richels en zo woorden maken. Wat heerlijk dat dit bestond! En dat elke dag!
Toen de tijd was aangebroken voor opstellen werd op een dag mijn opstel voorgelezen in alle klassen. Ik was heel stil en verlegen destijds. Ik schreeuwde dan ook niet mijn allergrootste joechei. Maar mijn hart maakte een jubelsprongetje. Wat was ik blij.
In de derde klas kregen we het leesboekje Rozemarijntje en het boze bosmannetje. Daar lazen we gezamenlijk uit. Doodeng! ‘Wee, wee, riep het mannetje kwaad naar lieve Rozemarijntje.
Schrijven, lezen, zolang het met woorden te maken heeft, heeft het mijn aandacht. Dat is sinds de eerste klas lagere school nooit meer uit mijn leven geweest.
Schrijven geeft me rust. En tegelijkertijd spanning, maar dan een prettige spanning. Krijg ik op papier wat ik voel? Dat is de geweldige kant. Schrappen. Weten dat het nóg anders kan. Gevoel op papier proberen te zetten. Met woorden beelden creëren en gevoelens oproepen.
Wat het leven je ook brengt. Waar je ook bent. Pen en papier is er altijd. Schrijven brengt me waar ik wil zijn.